Winnetou

 

Dagstukjes – 287

 

De dood is een ontroering.
REMCO CAMPERT: POËZIE

 

 

De eerste dode in mijn leven heette Winnetou. Winnetou was het opperhoofd van het nobele volk der Apachen, ver weg in Amerika. Ik woonde in Utrecht, was twaalf jaar oud en rouwde om het verlies van een vriend, wat zeg ik, méér dan een vriend, een méns met wie ik samenviel als met mezelf. Ik wás Winnetou.

In dezelfde tijd werd ik smoorverliefd op een meisje, Maria, Maria Hendrikse Knapen, met wie ik kort tevoren in de parochiekerk van de heilige Martinus aan de Oude Gracht mijn doopbeloften plechtig had hernieuwd. [1]

Ik ervoer in die dagen hoezeer dood en leven in elkaar kunnen overvloeien, maar ik leerde ook dat heftige zielenroerselen je levenslust ondraaglijk kunnen prikkelen.

Boeren-Hollands

Dat ging allemaal door me heen – en nog veel meer – toen ik in de NRC las dat Winnetou weliswaar was gestorven, maar lééfde. Hij was uit de doden opgestaan nu de boeken van Karl May, de schepper van Winnetou, Old Shatterhand en al die andere kleurrijke mannen, vooral mannen, in dat prachtige, verlokkende, lege land aan de overzijde van de oceaan, waar hij nooit geweest was, maar ik vast en zeker ooit poolshoogte zou nemen, opnieuw zijn vertaald.

Ga ik ze lezen? Ja zeker. Niet omdat Winnetou nog deel uitmaakt van mijn innerlijke indianenleven (hoewel…), maar omdat ik benieuwd ben of mijn oude vertalingen bestand zijn tegen de nieuwe.

Vertalingen zijn belangrijk. Je leert er werelden door kennen die in je eigen boeren-Hollands niet bestaan. Daarbij luistert het nauw. Het is steeds weer de vraag of de vertaling recht doet aan het origineel, áls je dat al kunt lezen.

Politbureau

Karel van het Reve heeft dit probleem – net als vele andere – ooit nuchter belicht toen hij vertelde dat hij alle grote negentiende-eeuwse Russische schrijvers had leren kennen én waarderen door vaak gebrekkige vertalingen uit het Duits.

Alleen Dostojevski, die beviel hem niet zo.

Was zijn werk nóg krakkemikkiger vertaald dan dat van de anderen?

Van het Reve nam later zijn strenge oordeel over Dostojevski enigszins terug, maar toen had hij geen vertaling meer nodig. Hij las het Russisch beter dan het hele Politbureau bij elkaar.

Op de middelbare school las ik de boeken van Karl May in het Duits. Niet uit literair snobisme of om indruk te maken op Maria Hendrikse Knapen – die trouwens alweer uit mijn leven verdwenen was – maar omdat ik geloofde dat door Winnetou de Grote Manitou mij zou helpen een hoger cijfer voor Duits te halen.

 

 

TERUG NAAR DE VOORPAGINA
LEES VERDER

WKtS
1 MEI 2021
LOGBOEK
DE DAGSTUKJES BEGINNEN HIER

[1] Als je rooms-katholiek gedoopt was, zoals ik, hernieuwde je in de laatste klas van de lagere school de beloften die namens jou bij je eerste heilige communie door je peter en meter waren gedaan. Het waren nu jouw beloften. Dit ritueel werd ingevoerd nadat paus Pius X in 1910 de communieleeftijd van twaalf naar zeven jaar had verlaagd.