Voorjaar

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dagstukjes – 10

 

En menig moe man, die zijn avondmaal
Nam, luisterde, als naar een oud verhaal,
Glimlachend, en een hand die het venster sloot,
Talmde een poze wijl de jongen floot.
HERMAN GORTER, MEI

 

 

 

De Mei van Gorter heb ik tien keer uitgeleend en tien keer niet teruggekregen.

Nog maar een paar jaar geleden meldde zich in de lente altijd wel iemand (m/v) die de Mei van Gorter wou lenen.

Mocht.

Totdat ik er schoon genoeg van had. Sindsdien heb ik geen Mei meer.

Ik ken van het, zeer lange, gedicht alleen nog maar het begin. ‘Een nieuwe lente en een nieuw geluid…’

Gelukkig heb ik wel The Waste Land van T.S. Eliot voor het grijpen.

Stukgelezen.

Sommige poëzie is zo met je vergroeid dat je haar niet meer uit de kast hoeft te halen om ervan te genieten, maar het is als met het voorjaar. Wie dezer dagen The Burial Of The Dead of Under Milkwood of  minnebrief aan onze gemartelde bruid Indonesia in handen neemt en weer leest, voelt het oude hout uitlopen.

Poëzie blijkt zich elk jaar te vernieuwen, net als de natuur. Net als de muziek – de Mattheus – die je kent, een jaar lang niet gehoord hebt en opnieuw beluistert.

Er zijn lezers – en tegenwoordig ook vakbondsleiders, critici, D66’ers, economen en woordenkramers als Pauw en Witteman – die het over literatuur hebben zonder ooit de Mei van Gorter, The Waste Land of minnebrief aan onze gemartelde bruid Indonesia te hebben gelezen.

Hoe doods en prozaïsch is ons openbare leven geworden….

April is the cruellest month, breeding
Lilacs out of the dead land, mixing
Memory and desire, stirring
Dull roots with spring rain…

 

 

 

LEES VERDER
WKtS
15 APRIL 2013