Václav Havel

 

 

 

 

 

 

 

 

Big Brother? Of God?


 

Dat Václav Havel niet heel oud zou worden, wist iedereen die hem in de grimmigste periode van de Koude Oorlog uit de gevangenis had zien komen. Doodziek. Niettemin dronk en rookte hij alsof zijn leven ervan afhing. Toevallig was ik er getuige van. In de Volkskrant van 10 juni 1983, en later ook op andere plaatsen, zoals in De werkplaats en hier, op wiewiewie, heb ik erover geschreven.

Waarom kwam ik er zo vaak op terug, zoals ook vandaag weer, nu hij gezien zijn slechte gezondheid na een relatief lang leven het tijdelijke voor het eeuwige heeft verwisseld?

Omdat ik zo iemand nog nooit had ontmoet. Václav Havel was voor mij op het eerste gezicht een gewone man, een leeftijdgenoot bijna, met wie je, wist ik, eindeloos over van alles en nog wat kon kletsen – als er maar iets te roken en te drinken bij was – maar algauw raakte ik onder de indruk van de kracht in dat betrekkelijk kleine, volslagen ondermijnde lichaam. Een taaiheid en moed, die ik me altijd bij verzetsstrijders in de Tweede Oorlog had voorgesteld, maar nu, tegenover hem gezeten, aan den lijve ervoer. Een kracht die zich aan je meedeelt.

 

 

 

 

 

 

 

 


DE VOLKSKRANT VAN 10 JUNI 1983 OVER HAVEL

Op weg naar Havel vanuit de oude binnenstad in Praag naar de wijk aan de overkant van de Moldau waar hij verbleef, was ik nog bang geweest, zo bang als ik me herinnerde als kind in de Tweede Wereldoorlog te zijn geweest, maar eenmaal in het appartement waar hij mij ontving, viel alle vrees van me af. Ik zou mezelf zo waar moedig zijn gaan vinden als ik me niet gerealiseerd had dat dit door hem kwam, een persoonlijkheid die anderen kon beschermen, een leider, ja, iemand aan wie ik me vol vertrouwen overgaf. ‘Hier zal je niets gebeuren,’ zei hij.

Bourgeois

Ik heb me dikwijls afgevraagd waar die kracht van Havel vandaan kwam. Uit zijn kunstenaarschap uiteraard, het soort kunstenaarschap dat niets ontziend de leugens te lijf gaat (al mag je er wel bij lachen, zoals in sommige van zijn zeer humoristische toneelstukken), maar vooral ook uit zijn geloof, of liever gezegd, uit zijn religiositeit – en hoezeer die twee dingen, kunst en religie juist in de moderne tijd, de tijd van materialistische haat-godsdiensten als het communisme en het nationaal-socialisme, met elkaar verbonden zijn weten we inmiddels maar al te goed (al zijn er, vooral in Nederland te veel symboolblinden die dat blijven negeren).

Het verzet van Havel (en Charta) was het  verzet van mannen en vrouwen die gelóófden, in de scheppende kracht van de kunst, maar ook in de scheppende kracht van de religie. In het ‘vrije’ Westen werd klakkeloos de beschuldiging van de communisten overgenomen dat Havel een ‘bourgeois’ was, een vertegenwoordiger van de heersende klasse die je als lid van het proletariaat mocht négeren zoveel als je wilde.

Het was een opvatting die bij de Nederlandse media makkelijk ingang vond, omdat hier inmiddels het idee van religie in spraakmakende kringen taboe was verklaard. Maar, zei Havel tegen mij, Big Brother kan niet straffeloos zijn kinderen hun diepst genestelde gevoelens en behoeften afnemen, zoals het geloof in God of hun hoop en idealisme. Vroeg of laat komt men in opstand.

Prijs

Hij zag met lede ogen aan hoe het westerse kapitalisme met zijn nihilisme, afkeer van geestelijke zaken en het streven om het individu te strippen van alles wat hem aan  beschermende omhulsels dierbaar was – zijn gezin, zijn familie, zijn buurt, zijn eigen stad en land – wel erg veel weg had van wat de fossiele leiders in het Kremlin in de Sovjet-Unie hadden bewerkstelligd, en met geweld in de satellietstaten van het Warschaupact hadden verbreid. De Praagse Lente werd in bloed gesmoord.

Havel wordt nu allerwegen uitgeluid als de man die uit het verzet van Charta als politicus naar voren kwam en Tsjechië ging leiden. Hij deed dat met grote inzet, uit plichtsbesef, en liefde – maar pijnlijk voor hem was dat hij daardoor zijn kunst kwijt raakte (en zijn vrienden in de kunst en zijn geliefde vrouw Olga). Ik had hem nog weleens willen vragen of die prijs niet te hoog was geweest.

 

 

 

WKtS
Zie ook Max van der Stoel

20 DECEMBER 2011