Als door een bom getroffen…

MET BLOTE HANDEN TEGEN DE KETTINGZAAG

 

Dagstukjes – 246

 

Ze hebben zich een god
van goud gemaakt…
EXODUS 32

 

 


ZIJN BOMEN literatuur?

Ik las in de Volkskrant een prachtig stukje van Toine Heymans en mijn gemoed schoot vol. Het ging over het kappen van bomen.

Onder auspiciën van minister Stientje van Veldhoven worden in Den Bosch tientallen gezonde platanen omgezaagd. Een spoor voor goederenvervoer moet worden uitgebreid en dat vraagt om een trillingswand. De bomen staan in de weg.

Voor beleidstypes als Stientje staan bomen algauw in de weg.

Ik maakte het voor het eerst mee in de jaren vijftig van de vorige eeuw toen ik nog in Utrecht woonde en vaak de stad uit fietste, de Utrechtse Heuvelrug op. Ik was een jaar of twaalf. Het was telkens weer een feest om tussen Bunnik en Zeist een machtig mooie groene tunnel door te rijden. Kastanjebomen, tientallen kastanjebomen. Op een dag waren ze allemaal weg, omgehakt. Ik zag de stronken en het zieltogende blad. Ik schrok van de kaalslag.

Don Quichot

Ik had het gevoel dat zeven jaar na de oorlog mijn wereld alsnog door een bom was getroffen. Mét mijn ouders had ik gehoopt na de bevrijding in een land van melk en honing te mogen wonen en nu dit: de botte bijl. Als ik eraan denk, wordt het me opnieuw droef te moede.

Ik besloot toen voor mezelf om bomen waar ook ter wereld te gaan beschermen, maar dat kwam er pas veel later van, na 2002, na mijn pensioen. Ik werd bomenridder in Amsterdam.

Soms denk ik, te laat. Maar dan raap ik al mijn moed bijeen en spreek ik mezelf toe: kom op, ertegen aan. Helaas verlost deze dadendrang mij niet van het idee dat ik als een ouwe Don Quichot met blote handen tegen de kettingzaag vecht.

Sprookje

Ja, bomen zijn literatuur, meer nog, ze zijn kúnst, meer kunst dan de kunst waarin musea, multinationals en miljardairs hun geld beleggen, ze zijn een steun en toeverlaat in onze stedelijke ademnood. We zouden elke boom, en vooral elke oude boom, heilig moeten verklaren.

Dat kunnen onze hedendaagse leiders niet meer. Dat zijn heidenen die niet van godswege boven ons gesteld zijn, maar door hun kneuterige politieke partijtjes. Ze weten niet wat heilig is. Cultureel ontworteld als deze middenklassers zijn, vinden ze alleen houvast in steen, beton en asfalt. Zij aanbidden het Gouden Kalf.

Deze mediocre bureaucraten, ja, sorry, hoor, maar ik vind deze lui zo incapabel en bekrompen – zullen nooit begrijpen dat bomen létters zijn, Buchstaben, klánken – eeuwig zingen de bossen –  die ons samen en in vereniging een verháál vertellen, een huiveringwekkend mooi spróókje dat geen mens je ooit vertellen kan.

Stientje, Cora, Mona, of hoe jullie ook mogen heten, blijf van onze bomen af.

 

 

 

LEES VERDER
5 DECEMBER 2019
WKtS


DE VOLKSKNAR
ZIE OOK OUDE BOMEN