IK MOEST DENKEN AAN DE MYTHE VAN SISYPHUS…
Dagstukjes – 51
p de Albert Cuypmarkt kocht ik vanochtend vijftig violen. Twee bakken vol voor zes piek. Hoewel ik snip- en snipverkouden was, kon ik niet wachten tot ik ze in de geveltuin had gezet. Wat een feest!
In mijn nabijheid waren zoals gebruikelijk weer drommen leerlingen van het Gerrit van der Veencollege aan het buitenspelen. Schreeuwen, springen, duwen, spugen, roken. Elke dag hetzelfde onderwijskundige plaatje. De wind blies hun nicotinedampen gelukkig de andere kant uit.
Terwijl ik van tijd tot tijd vermoeid het bezwete voorhoofd bette – en krachtig de neus snoot – vroeg ik me af of die kinderen wisten wat ik aan het doen was. Dat het bijna Pasen was. Wat dat was, Pasen. Wat de zin van dit alles was.
Ik moest denken aan de mythe van Sisyphus die ik al vroeg in mijn leven leerde kennen. Van elke dag die steen de berg op en hem ’s morgens weer beneden vinden. En dan weer. En weer.
Het was me duidelijk, maar pas door Albert Camus – Le Mythe de Sisyphe – drong later de volledige betekenis van het verhaal tot me door.
Dat je het lot alleen naar je hand kunt zetten als je het kiest, oog in oog met een hogere macht die je vernietigt.
Hoe vertel ik die kinderen morgen, en overmorgen, en de dag daarna, dat dit voor mij met april, violen, verkoudheid en Christus’ verrijzenis te maken heeft?
LEES VERDER
WKtS
2 APRIL 2015
En toen kreeg ik als reactie dit filmpje dat de 14-jarige Stijn voor school had gemaakt:
https://www.youtube.com/watch?v=pvi8-vWjqV8