Je Hoort Steeds Vaker…

 

 

 

 

 

 

 

 

TOEN HIJ in zijn luie stoel naast zijn fietsen zijn boterhammen met kaas en worst zat te eten kwam Verdonk juist aanlopen. Of zijn fiets al klaar was.

‘Vrijdag,’ zei Gerard.

‘Hoe is het met de Argentijnen,’ vroeg Verdonk, terwijl hij zo’n beetje naast Gerard bleef staan dribbelen.

‘O, wel goed, dacht ik,’ zei Gerard.

Hij hield de boot af en was niet van plan ook maar met één woord over Maxima te reppen. Had die Verdonk niks mee te schaften. Voordat je het wist was de hele buurt op de hoogte.

‘Is het je opgevallen, Gerard?’, vroeg Verdonk, ‘dat er in de samenleving en in de politiek steeds meer verzet groeit tegen Maxima en die Alex. Die lui kopen overal dure grond, je hebt het ook gelezen, nu weer in zo’n fout ressort in Afrika, alsof het geen geld kost…  Ja, makkelijk van ons geld. Het is godgeklaagd. Wij moeten inleveren en hún uitkering, zowel die van Maxima als die van Alex, wordt verhoogd… Die lui zitten in het vastgoed, joh… Ze willen een paar oude boerderijen op hun landgoed afbreken om er nieuwe, godsgruwelijk dure appartementen neer te zetten…’

Gerard luisterde niet. Hij was met zijn gedachten nog helemaal bij Maxima. Wat een ouwehoer, die Verdonk. Maar hij reageerde gealarmeerd toen hij hem hoorde zeggen dat hij iets had ontdekt…

‘Iets ontdekt?’ herhaalde Gerard wat sullig Verdonks woorden.

‘Ja, ontdekt,’ zei Verdonk op een toon die je ‘trots’ zou kunnen noemen en die wel met zijn  beroepseer of wat ze daarvan in zo’n hbo-opleiding journalistiek hadden gemaakt, verband zou houden. ‘Heel veel van die Argentijnen tegenwoordig in Amsterdam werken in het bankwezen of de informatica…’

Zij liever dan ik, dacht Gerard.

‘Wij hebben sterke vermoedens,’ vervolgde Verdonk, ‘een paar collega’s en ik bedoel ik, dat ze van plan zijn ons financiële systeem over te nemen…’

Hij keek Gerard aan met een blik-van-daar-heb-je-niet-van-terug-hè’.

Gerard beet krachtig in zijn boterham met worst – die al lang niet meer zo smaakte als toen Ans zijn trommeltje nog vulde – en herhaalde al kauwend de woorden van Verdonk. ‘Ons financiële systeem?’

‘Ja,’ zei Verdonk. ‘banken, verzekeringsmaatschappijen, de beurs, beleggers – ons financiële systeem. Dat is nogal wat, hoor. De staat heeft er belang bij daar een dikke vinger in de pap te hebben en probeert dan ook al die lui, van de Nederlandsche Bank, van de ABN-Amro, van de ING, van.. enfin… noem maar op, de hele zooi, strak aan het lijntje te houden… Want o, wee als daar iets mis gaat. Of als bijvoorbeeld die banken de macht overnemen, snap je? Normaal gesproken werkt dat volk vanzelf eensgezind samen, maar sinds die hufters te veel voor zichzelf hebben zitten graaien is het, net als in Amerika, hier uit de hand gelopen. Een paar grote banken en verzekeringsmaatschappijen dreigden om te vallen, weet je nog wel? Wouter  Bos heeft ze toen, voor overigens veels te veel geld, voor de staat gekocht. Maar, Gerard, en nu komt het: wie is de staat?’

Gerard had zo ingespannen zitten luisteren dat hij schrok van de vraag. Wie is de staat? Hij had geen idee. ‘De regering?’ vroeg hij enigszins gegeneerd omdat hij wist dat hij daarmee zijn gebrekkige kennis van de staathuishoudkunde blootlegde.

‘De regering, Gerard,’ voer Verdonk uit, ‘Zo simpel ben je toch niet. ‘De regering plus het koningshuis natuurlijk. De regering plus de koningin. Plus Beatrix. Zeggen ze, maar dat is niet zo, Gerard, nee, want de queen is hier de baas, de queen weet je wel. De Nederlandse regering is altijd als was in de handen van Oranje geweest, maar tegenwoordig loopt het de spuigaten uit. Ze doen gewoon wat Beatrix zegt. Punt uit. En volgend jaar, let op mijn woorden, doen ze wat Maxima zegt. Geen twijfel mogelijk. Dat wordt nu met al die Argentijnse bankiers en ict-mannetjes grondig voorbereid.’

‘Ik ga je fiets afmaken, Verdonk,’ zei Gerard. Hij had er schoon genoeg van. Hij deed zijn trommeltje dicht en stapte, stuurs als hij dan kon zijn, zijn winkel binnen. Maar  zo makkelijk liet Verdonk zich niet afschudden. Hij had rode konen van opwinding, zijn haar glom vettiger dan ooit. ‘Je kunt ook  niet alles weten, Gerard. Van het NOS-journaal en je lijfblad zul jij niet veel wijzer worden. Die zitten ook in het complot. Maar het zal ook jou niet ontgaan zijn dat die rare mevrouw die nu de baas is in Argentinië, die Kirchner, zojuist de Spaanse oliemaatschappij Repsol heeft genaast. Zie je het verband?’