Dagstukjes – 153
’t Dom Publiek in slaap te wiegen,
Jongen, ’t is zo’n schone baan!
’t Hoofdvereiste is Eigenwaan;
En je moet wat durven liegen.
J.J.L.TEN KATE
e vergelijking wordt steeds vaker gemaakt. Maar de geschiedenis herhaalt zich niet. Des te meer reden om te benadrukken dat kénnis van die geschiedenis geen kwaad kan.
Ik was gepasseerd als tegendenker op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ik was het graag geworden. Een luizenbaan. Het tegendenken is mij met de paplepel ingegoten. Maar het departement – sinds kort onder leiding van van de VVD’er Halbe Zijlstra – gaf de voorkeur aan René Cuperus, de ideoloog van de enige echte sociaal-democratische partij in Nederland die onder zijn geestelijke leiding het spoor geheel bijster is geraakt.
René schrijft ook nogal suffe stukjes in de Volkskrant.
Het is voor mij, als afgewezene, verleidelijk daarin een causaal verband te zien.
Vond ik het erg?
Nee, niet echt.
Ik had nu de tijd om een boek te lezen dat al een poosje op mijn bucketlist prijkt, de doorwrochte studie Homo ludens (spelende mens) van Johan Huizinga. Een halve eeuw geleden had ik het boek ook al eens doorgenomen, maar een mens vergeet veel.
Het spel, zegt Huizinga, is wezenlijk voor wat we cultuur noemen, onze manier van omgaan met elkaar. We spelen. We kunnen niet anders. Er is geen hoger doel. Dit spelen is de kern van onze vrijheid. Het kan ons ertoe brengen samen iets moois van het leven te maken.
Niet iedereen begrijpt dat. Er zijn ook mensen die het spel misbruiken. Ze spelen ‘valsch’ om Huizinga te citeren. Ze zijn er alleen maar op uit om anderen te heisteren, te pesten en zelfs uit te sluiten. Deze spelbrekers lijden – zegt Huizinga – aan het zogenoemde puerilisme – dat afgeleid is van het Latijnse woord puer.
Aansteller
Ik hoef de klassiek geschoolde aansteller Thierry Baudet niet uit te leggen wat dat woord betekent (knaap), maar of hij beseft dat Huizinga toen al, in 1938, hem en zijn hoogopgeleide ongeletterden voor ogen had, waag ik te betwijfelen.
Vergelijk zelf:
“De gemakkelijk bevredigde maar nooit verzadigde behoefte aan banale verstrooiing, de zucht tot grove sensatie, de lust aan massavertoon. Op iets dieper liggend niveau sluiten daarbij aan: de levendige clubgeest met zijn aankleve van zichtbare onderscheidingsteekenen, formeele handgebaren, herkennings- en aankondigingsgeluiden (yell’s, kreten, groetformules), het optrekken in marschpas en marschorde enz.. Een aantal eigenschappen, die psychologisch dieper geworteld liggen dan de genoemde, en die men eveneens het best onder den term puerilisme kan begrijpen, zijn het ontbreken van gevoel voor humor, het warmloopen op een woord, de verregaande ergdenkendheid en onverdraagzaamheid tegenover nietgroepsgenooten, de matelooze overdrijving in lof en blaam, de toegankelijkheid voor elke illusie die de eigenliefde of het beroepsbesef vleit. Veel van deze pueriele trekken vindt men ook in vroegere beschavingstijdperken ruimschoots vertegenwoordigd, doch nooit in de massaliteit en met de brutaliteit, waarmee zij in het openbare leven van heden zich breed maken. Het is hier niet de plaats voor een uitvoerig onderzoek naar de oorzaken en den groei van dit cultuurverschijnsel. Onder de factoren die er deel aan hebben behooren in ieder geval de intrede der halfontwikkelde massa’s in het geestelijk verkeer, de verslapping der moreele standaarden en de al te groote geleidendheid, die techniek en organisatie aan de maatschappij verleend hebben. De adolescente geesteshouding, ongebreideld door opvoeding, vormen en traditie, tracht in elk domein de overhand te krijgen, en slaagt daarin maar al te zeer. Gansche gebieden van de openbare meeningsvorming worden beheerscht door het temperament van opgroeiende knapen en de wijsheid van de jongensclub.”
NSB
Tachtig jaar geleden. Nee, vergelijken mogen we niet, en dat doen we dan ook niet, maar dit ‘cultuurverschijnsel’ komt ons, in deze tijd, anno 2017, allerminst onbekend voor.
In de jaren dertig van de vorige eeuw dreigde dit verknipte pubergedoe heel Europa – óók Nederland met Mussert en zijn Nationaal Socialistische Beweging – naar de ratsmodee te helpen.
We zitten nóg met de brokken.
LEES VERDER
WKtS
23 DECEMBER 2017