KONING ARTUR MET ZIJN RIDDERS OM DE RONDE TAFEL
Verbeter Je Taal Nog Meer – 59
Waardevolle verhalen hebben
een heel lang leven en omgekeerd:
hun lange leven bewijst hun waarde.
MAARTJE DRAAK [1]
a mijn diensttijd en een aantal jaren bij de krant besloot ik alsnog te gaan studeren. Nederlands. Omdat lezen en schrijven altijd mijn liefste bezigheden waren geweest.
Ik viel met mijn neus in de boter. Onder leiding van de mediëvist Wim Gerritsen, die al jong hoogleraar werd, betrad ik een wereld die ik van de middelbare school vaag kende, maar die me weinig of niets zei, de middeleeuwen.
Het was nogal een overgang, van de niets ontziende nieuwsjacht in Utrecht en omstreken naar de doodstille bibliotheek, maar tot mijn verbazing had ik er geen enkele moeite mee, integendeel, ik genoot.
Ik raakte algauw in de ban van de geestige, knap gemaakte en soms zelfs spannende verzen die we in het Middelnederlands lazen, zoals Karel ende Elegast, Walewijn, Beatrijs, Mariken van Nieumeghen of het Roelantslied.
Maar ik was al jong te zeer door het leven getekend om zulke naïviteit klakkeloos te kunnen aanvaarden. Was dit geen vlucht uit de werkelijkheid? Nee, ik ontdekte gaandeweg een diepe verwantschap tussen de middeleeuwse en de hedendaagse poëzie. Los van de bijbel en de klassieke mythologie droeg vooral het sprookje met zijn magie daaraan bij [2].
Kelten en Ieren
Met elke opwindende studie daalde ik dieper af in de verzonken cultuur van de Middeleeuwen. Vooral de literatuur van de Kelten en de Ieren met hun verhalen over koning Artur spraken me aan, zeker nadat ik het werk van de vermaarde Keltologe Maartje Draak had leren kenen.
Ik was dan ook benieuwd naar de biografie die de onlangs gestorven Wim Gerritsen over haar heeft geschreven.
Het blijkt een, zeker voor Neerlandici, heel leerzaam boek te zijn dat me veel heeft opgeleverd. Niet alleen omdat Gerritsen consciëntieus en liefdevol de totstandkoming van Maartjes indrukwekkend omvangrijke en soms buitengewoon inventieve onderzoek beschrijft, maar ook omdat hij duidelijk maakt met hoeveel inzet zij en haar leermeesters hebben gewerkt aan een breder gefundeerde opvatting over de toenmalige literatuur die tegelijk Europees én mondiaal was. We plukken er nog steeds de vruchten van.
Het verhaal
Maartje Draak wees haar studenten en anderen steeds weer op het belang van het verháál voor de literatuur, de kunst van het vertellen die men duizenden jaren geleden misschien nog vaardiger beheerste dan tegenwoordig. Wie ervan houdt, kan altijd overal instappen voor een reis terug in de tijd – al hield Maartje Draak er ook van om vooruit te reizen, de toekomst in. Ze versmaadde de eigentijdse science fiction niet.
Maar het is ook een verdrietig boek, deze biografie. Het is een afscheid van het ooit zo bloeiende vak Nederlands dat zijn langste tijd gehad heeft. De jeugd haalt er haar neus voor op. In Leiden is men er al mee gestopt. Je vraagt je af hoe het ons Nederlands zal vergaan zonder zulke geleerden als Maartje Draak en Wim Gerritsen.
LEES VERDER
WKtS
19 JANUARI 2020
DE VOLKSKNAR NR 330
Willem Gerritsen: Verhalen van de drakendochter.
Leven en werk van Maartje Draak (1907-1995).
Uitgeverij Verloren, Hilversum.
Zie ook Een middeleeuws stripverhaal.
Zie ook De slapenden zijn medescheppend.
[1] Bladzijde 155 van de besproken biografie.
[2] Zie ook Borges