Op reis in de ruimte

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Mijn krimpende wereld

 

erst maar eens buitenspelen, dacht ik, toen ik veertien jaar geleden voor het laatst van de Volkskrant in de Wibautstraat naar mijn huis in Amsterdam- Zuid fietste.

Dat beviel.

Maandenlang sjouwde ik door Amsterdam en stond ik stil bij elke bouwput, maar ik reisde ook door Amerika en Midden-Europa.

Amerika – het land van de vrijheid, én de jazz.

Midden-Europa – waar ik, aan de hand van Paul Celan, de plaatsen van het soms zo huiveringwekkend mooi geboekstaafde oorlogsleed bezocht.

Het was mijn manier om de angst te overwinnen die ik al mijn leven lang met me meedraag. Ik was er zelfs voor in therapie gegaan.

Met de hulp van een bekwaam zielkundige hoopte ik mijn angst te kunnen benoemen en dat lukte.

Eindelijk kon ik mijn roman De werkplaats schrijven, het boek over de angst van mijn alter ego, de angst van mijn Duitse moeder die de hele oorlog door jobstijdingen uit de Heimat vreesde.

Angst verlamt je, maar helpt je ook voor anderen op te komen.

Zo werd ik voorzitter van de vluchtelingenorganisatie Aida. Ik heb dat lang gedaan.

Een hele klus, zeker als je weet hoe laf, bot en verwaten media en gezagsdragers zijn als het om vluchtelingen gaat.

Ik schreef een tweede roman, Een nieuw alfabet Of De opdracht van de lettersnijder, over de technologische revolutie die onze wereld op losse schroeven zet, vergelijkbaar met de boekdrukkunst.

Te moeilijk vond mijn uitgever.

Ik begon mijn eigen website, wiewiewie – het geluid van de gierzwaluw – en sindsdien schrijf ik me te pletter zonder door deze of gene wijsneus met twee linkerhanden te worden gekortwiekt.

Ik moest vooruit, ja, altijd al. Het was lang een last. Maar het schrijven verlost me elke dag meer. Zelfs mijn faalangst kwijnt.

Elke dag opnieuw neem ik als een postzegelverzamelaar die zijn grafische meesterwerkjes onder het vergrootglas legt, mijn krimpende wereld onder de loep en zie steeds duidelijker hoezeer ongrijpbare grootheden als liefde, godsdienst, natuur en kosmos de waarde ervan bepalen.

Ik wil niet zozeer vooruit, als wel omhóóg.

Nog even en ik zweef net als mijn naamgenoot André weg in ons onpeilbare multiversum met zijn 10500 heelallen.

Op naar de oerknal.

 

 

 

WKtS
12 DECEMBER 2015

Dit stukje werd op verzoek van de Volksknar geschreven.
In dit blad voor oud-medewerkers van de Volkskrant wordt aan gepensioneerden ruimte geboden om te vertellen wat er in hen omgaat na hun afscheid van de krant.
Met dank aan Govert Schilling, schrijver van het boekje Oerknal – Een definitief abc van de kosmologie.